Het respect en de steun voor de deelnemers is voelbaar. Je kunt het Amerikaanse overdrevenheid vinden, maar ik liet me volledig meeslepen. High fives all around. Armen de lucht in om het gejoel nog verder aan te zwengelen.
Tot aan een kilometer of 28 ging het vanzelf. Daarna stuit je op de Newton Hills en mag je zes kilometer lang heuvels op en af. Tuurlijk werd het zwaar. Ik voelde een blaar opkomen onder mijn grote teen. Mijn bovenbeen veranderde in een verkrampt blok beton. Maar mentaal bleef het goedzitten. Nog een high five. ‘Hurry up, the Kenyians are drinking your beer!’ Door met een grote grijns.
En dan draai je Boylston Street op en is het nog 600 meter tot de beroemde blauwgele finishlijn, die elk jaar opnieuw in de verf wordt gezet. Jaren eerder stond ik hier als toeschouwer de deelnemers binnen te halen. Tientallen keren wandelde ik over de vervaagde lijn, op weg naar de metro, me inbeeldend hoe het zou zijn om hier te finishen. Nu stond het te gebeuren. Het was fantastisch.
Deze marathon was veruit de leukste, mooiste en fijnste tot nu toe. Ook al loop ik de volgende keer weer prestatiegericht, toch hoop ik iets van de beleving en het plezier van Boston mee te nemen naar de volgende marathon.
Wat denk jij? Kun je tegelijkertijd genieten en presteren op een race? Laat het weten. Reageren kan via een reply op deze post, of via
Twitter en
Instagram.
Fijne dag nog!
Mariska van Sprundel